Recensie eerder verschenen bij Blikopzeewolde.nl. Hongarije 1956. Katalin vlucht naar het Westen en laat haar man en twee jonge kinderen achter, die vervolgens samen verder trekken zonder vaste verblijfplaats. Kata en haar broertje Isti doen op hun tocht vergeefs hun best om de onbegrijpelijke wereld van de volwassenen te doorgronden.
Dit boek speelt zich af tegen het Hongarije van de jaren vijftig/zestig van de twintigste eeuw. In 1956 was er een opstand tegen het stalinistische regime. Hongarije bleef echter onder het strenge regime van de Sovjets staan. Veel mensen vluchtten daarom naar het westen.
In De zwemmer wordt niet expliciet ingegaan op deze omstandigheden, hoewel ze overal uit blijken. Zo bijvoorbeeld moeder Katalin die op de trein naar Wenen stapt en haar twee kinderen en man achter laat. Zij zwerven met z'n drieën door het hele land, zonder ooit ergens lang op één plek te blijven.
Het verhaal wordt vertelt vanuit Kata. Het is onduidelijk hoe oud ze is of hoeveel tijd er verstrijkt door het verhaal heen. Dat heeft ermee te maken dat Kata zelf niet eens meer precies weet hoe lang ze waar zijn gebleven of in welke volgorde de dingen gebeurden. Uit het hele verhaal blijkt haar onbegrip, haar angst en verwarring. Ze kan niet bevatten wat er gebeurd en net als Isti trekt ze zich terug in haar eigen wereld. Maar overal waar ze komt onthoudt ze de verhalen van de mensen die ze tegenkomt. Het verhaal is dan ook meer dan alleen het verhaal van Kata en Isti, maar omvat vele personen.
In het begin is nog niet goed duidelijk wat er allemaal aan de hand is. Pas tegen het einde kom je als lezer meer te weten over Katalin en Kata's vader. Hoe betrouwbaar de verhalen zijn is echter onduidelijk. Alle verhalen worden vertelt door één van de personages, of het allemaal echt zo gegaan is is maar de vraag. Ook of Kata zelf wel een betrouwbare weergave van de gebeurtenissen geeft is onduidelijk. Ze is zelf immers een kind en uit het verhaal zelf blijkt dat ze zich niet alles even goed kan herinneren.
Dit alles weet Bánk in een bijzondere schrijfstijl neer te zetten. Het leest als een soort dagboek van Kata. Het laat de ernst van de situatie zien, zonder veel dramatische beschrijvingen. Hierdoor komt het soms wat feitelijk en afstandelijk over, maar naar mijn mening komt dit het verhaal alleen maar ten goede: de impact op de lezer is op deze manier groter. Dit maakt het een heel indrukwekkend en ingrijpend verhaal.
Daarbij schuwt Bánk er niet voor om emoties in het verhaal te betrekken. De impact van Katalins opstappen blijkt bijvoorbeeld uit de angst die Isti en Kata hebben om ook hun vader te verliezen, en de angst van Kata dat er iets met haar broertje gebeurt. Je mag als lezer echter zelf de verbanden leggen en conclusies trekken.
Als lezer blijf je wel achter met veel vragen. Waarom trekt het gezin steeds van plek naar plek? Waarom gaan de kinderen niet naar school? Waar komt de fascinatie met het water vandaan? Enzovoorts. Normaal gesproken vind ik het niet fijn als er na het lezen te veel vragen onbeantwoord blijven. Nu stoor ik mij hier minder aan. Deels omdat de hoofdpersoon er zelf geen duidelijk antwoord op heeft, deels omdat je op deze manier nog lang bezig blijft met het verhaal. Het laat ruimte voor eigen interpretaties.
Ik ben dus heel tevreden over dit ingrijpende verhaal. Ik geef het 4,5 sterren.
Reactie plaatsen
Reacties